De honingbij (Apis mellifera), Europese (zwarte) (honing)bij, huisbij of westelijke honingbij (niet te verwarren met de Aziatische of Oostelijke honingbij (Apis cerana)) is een vliesvleugelig, sociaal levend insect uit de familie van de bijen en hommels.
De honingbij komt algemeen voor in grote aantallen. De honingbij wordt gewaardeerd vanwege de rol als bestuiver van vele plantensoorten, waaronder fruitbomen. Daarnaast is de honingbij de belangrijkste leverancier van verschillende natuurproducten zoals honing, bijenwas, koninginnengelei en propolis. De honingbij wordt op grote schaal in kunstmatige bijenkorven gehuisvest voor productiedoeleinden. De honingbij wordt echter ook bedreigd door de mens en de aantallen van de soort nemen af. Belangrijke oorzaken zijn verschillende vermoedelijke bijenparasieten en insecticiden, maar veel is onbegrepen. Omdat de honingbij een van de best bestudeerde insecten is, is veel bekend over het complexe gedrag en het al even complexe kliersysteem dat daarbij een rol speelt. De honingbij is niet de enige bestuiver, maar vanwege het wereldwijde voorkomen en de grote aantallen is de honingbij een van de belangrijkste bestuivers van bloeiende planten.
Kunstmatige bijenvolken moeten regelmatig onderhouden worden om ze van afval te ontdoen en om de honing te oogsten. Onder natuurlijke omstandigheden bouwen de bijen steeds een nieuw nest om aan nestparasieten te ontkomen. Het onderhoud wordt uitgevoerd door professionele bijenhouders, de imkers. De tak van de entomologie die gespecialiseerd is in bijen is apidologie.
Het bijenvolk kent verschillende verschijningsvormen, de kasten: de moer, de werkster en de dar. De moer of koningin is het zeldzaamst. De koningin is degene die het nest in stand houdt door grote hoeveelheden eitjes te leggen, tot 2000 per dag. De werksters zijn net als de moer vrouwelijk. De meeste individuen in een kolonie honingbijen zijn werkster. In de zomer komen de mannelijke bijen tevoorschijn, de darren. Behalve bij de paring, spelen ze een rol bij de temperatuurregeling in de kolonie. Als er niet genoeg stuifmeel in het bijennest aanwezig is worden ze verwijderd. In een nest zijn in de winter een moer en ongeveer 10.000 werkbijen aanwezig; er zijn dan geen darren. In de zomer zijn enkele honderden darren aanwezig en kan het aantal werksters oplopen tot 80.000.()